Knieprothese

Knieprothese

Vervanging van het zieke kniegewricht door een kunstgewricht

Indicatie voor een knieprothese

Soorten knieprothesen

Er bestaan verschillende soorten knieprothesen. De keuze wordt bepaald door verschillende factoren zoals indicatie, leeftijd, botkwaliteit, activiteitsniveau etc. De keuze is geval per geval anders en wordt bepaald in samenspraak tussen patiënt en chirurg.

  • Totale knieprothese: zowel het zieke kraakbeen van de femur, de tibia en de patellaworden vervangen. Tussen deze componenten komt een harde plastic (polyethileen) (fig 1)
  • Unicondylaire prothese (ook wel eens een ‘halve knieprothese’genoemd): enkel het kraakbeen van tibia en de femur van binnen- of buitenzijde van de knie wordt vervangen. Het goede krakbeen van de patella en de niet vervangen binnen-of buitenzijde wordt niet vervangen (fig 2)
  • Patellofemorale knieprothese: alleenhet kraakbeen van de patella en het kraakbeen van de femur dat correspondeert met de patella wordt vervangen (fig 3)
Fig 1
Fig 2
Fig 3

Procedure

Het plaatsen van een knieprothese gebeurt langs een incisie (+/- 15) cm aan de voorzijde van het kniegewricht. Eens het kniegewricht bereikt is, wordt het zieke kraakbeen weggenomen. De maat van de prothese wordt bepaald door de grootte van uw bot. Wanneer de testprothese mooi aanpast wordt de definitieve prothese met botcement verankerd.

Nazorg  Op afdeling

  • eerste dag postop : transfer van bed naar zetel
    • opzitten
    • starten met gangrevalidatie (steunname toegelaten)
    • Oefeningen op Kinetec-toestel (electrische plooimachine)
  • tweede en daaropvolgende dagen( in de oefenzaal ) :
    • verdere gangrevalidatie
    • voorzichtige mobilisatieoefeningen
    • tonificatieoefeningen

Nazorg Ontslag naar huis

  • eens de kniegoed beweeglijk is (een mobiliteit heeft van 0-90°), de wonde mooi droog is, de pijn onder controle is en de patiënt goed in staat is om te stappen met krukken.

Nazorg  Thuis

  • verdere gangrevalidatie en oefentherapie met progressieve steunname
  • Toediening van spuitjes tegen de trombose gedurende 6 weken
  • Anti-trombosekousen gedurende 6 weken

Complicaties van een knieprothese

Het complicatierisico ligt tussen de 0 en 5%. De belangrijkste zijn:

– Infectie of wondproblemen

– Bloeduitstrorting

– DVT of bloedklonter in de onderbenen (hiervoor krijgt u preventief spuitjes en antitrombose kousen)

– Stijfheid

Contact

Campus Dendermonde

Kroonveldlaan 50, 9200

Dendermonde

+32 (0)52 25.26.07

————————————–

Privépraktijk Orthomondo

Noordlaan 111a,

9200 Dendermonde

+32 (0)52 21.75.21

————————————–

Campus Zele

Koevliet 6, 9240 Zele

+32 (0)52 45.64.95

Contact

Campus Dendermonde

Kroonveldlaan 50, 9200

Dendermonde

052/25.26.07

————————————–

Privépraktijk Orthomondo

Noordlaan 111a,

9200 Dendermonde

052/21.75.21

————————————–

Campus Zele

Koevliet 6, 9240 Zele

052/45.64.95